Per pedes apostolórum, oftewel met de voeten van de apostelen, voortbewegen met je voeten. Voortbewegen met je voeten veel vormen. Ik noem er een aantal: gaan – draven – hollen – rennen – hardlopen – trimmen – kuieren – stappen – flaneren – tippelen – schrijden – wandelen – marcheren – stiefelen – slenteren – vooruitkomen – voortbewegen. Voor een hardloopvereniging als b.o.d. De Sprinters zijn vooral rennen of hardlopen aan de orde met soms als een aparte trainingsvorm een greep uit andere voortbewegingen. Maar steeds gebruiken we daarbij vooral onze benen, die daarbij geholpen worden door de rest van het lichaam, ondersteund door onze armen. Al vanaf de oprichting van onze club zijn mensen om verschillende redenen lid geworden. Een onderzoek in de afgelopen periode heeft dat ook weer aangetoond. We komen naar de trainingen om ons voor te bereiden voor deelname aan wedstrijden. Sommigen om weer een nieuw record te vestigen, anderen om een bepaalde afstand te kunnen volbrengen. Ook hebben we veel leden die vooral regelmatig komen lopen om in conditie te blijven of voor de gezelligheid: samen een uurtje bezig zijn en tegelijk wat kletsen onderweg. En dan mag er af en toe nog wel eens een wedstrijd bij komen, waar je dan met een groep(je) naar toe gaat.
Niet iedereen kan hetzelfde aan
Als je regelmatig je lichaam uitdaagt tot het volbrengen van een bepaalde prestatie, is het erg belangrijk, dat je goed blijft opletten, hoe dat lichaam daarop reageert. Niet iedereen is tot eenzelfde prestatie in staat en daarom is het belangrijk om alert te blijven. Wat kan ik aan, zowel in tempo als afstand. Als je dat regelmatig geweld aan doet, kan dat problemen opleveren en ligt een blessure op de loer. Door een goede training kun je natuurlijk veel opbouwen, maar belangrijk is dat je zicht krijgt op je mogelijkheden. Ook leeftijd speelt daarbij een belangrijke rol.
Verschillende onderzoeken hebben aangetoond, dat je vanaf je 40e tot je 70-jarige leeftijd ieder jaar ongeveer 1 procent trager wordt. Daarna gaat de afname sneller, met ongeveer 1,5 procent per jaar. En vanaf 90 jaar gaat het nog sneller. Echter bij regelmatig doortrainen en daarbij blessurevrij blijven, kun je die terugval wat vertragen.
Verschillende onderzoeken hebben echter ook aangetoond, dat blijven hardlopen de vertragende effecten weliswaar niet kunnen stoppen, maar dat kan er wel voor zorgen dat we ons fitter blijven voelen en optimistischer zijn over de toekomst.
Hardlopen op oudere leeftijd
In een artikel in RUNNER’S WORLD (22/04/2021) las ik dat ouderen beter kunnen gaan hardlopen dan wandelen. Als zij namelijk een aantal keer per week gaan hardlopen, halen ze daar evenveel energie uit als iemand van in de twintig. Terwijl ouderen die een aantal keer per week wandelen daar evenveel energie uithalen als een zittende volwassene van middelbare leeftijd.
De verklaring hiervoor is, dat je jonger blijft door regelmatig intensief te bewegen, tenminste in termen van energie en efficiëntie.
Het is al langer bekend dat oudere volwassenen die regelmatig hardlopen, betere wandelaars zijn dan oudere volwassenen die regelmatig wandelen. Uit veel onderzoeken blijkt ook dat regelmatig hardlopen het verouderingsproces lijkt te vertragen en ouderen helpt om gemakkelijker te bewegen.
Natuurlijk helpt elke activiteit om gezond te blijven en zich beter te voelen, als je dat vergelijkt met helemaal niet sporten en bewegen. Voor dit alles moet echter de activiteit krachtig zijn en je moet het minstens één keer per week doen.
Nog een nieuw verschijnsel.
Als we uitslagen van de hardloopwedstrijden van de laatste 10 – 15 jaar bekijken, zien we dat de deelname van het aantal 70-plussers aan hardloopwedstrijden steeds groter aan het worden is. En daarbij gaan ook de tijden bij de uitslagen langzaam naar beneden. Kijk maar eens naar de uitslagen van de 70 en 80-plussers bij de Zevenheuvelenloop. We zien dat niet alleen bij de recreantenlopers, maar ook toplopers blijken langer hun niveau bij langere afstanden vast te kunnen houden. Een goede training en begeleiding spelen bij dit alles een belangrijke rol. Bij ouderen zal dat nog belangrijker zijn dan bij jongeren. Doseren en voldoende rust moeten daarbij veel aandacht krijgen, omdat op latere leeftijd herstel na een forse inspanning toch wat langer gaat duren.
Tot slot.
We zijn er al lang aan gewend dat ouderen tot op hoge leeftijd actief blijven en daardoor hun geestelijk en lichamelijk presteren op niveau proberen te houden. Van alle kanten wordt gestimuleerd om dit vast te houden, al was het alleen maar om de gezondheidszorg wat te ontlasten. Maar daarom niet alleen, maar ook om te blijven meedoen in de maatschappij. Dus mensen: blijf actief en blijf presteren op je eigen niveau. Luister daarbij goed naar je eigen lichaam en negeer denigrerende en niet doordachte opmerkingen, die je proberen duidelijk te maken, dat je actieve leven in de maatschappij voorbij is.